Er rest ons nog bitterweinig tijd om klaar te zijn. Gelukkig heeft zijn paardje veel ervaring vooral in dubbelspan. Zijn paardje noemt Max, het is een fries, ne n’echte. Hij ziet het helemaal zitten Max, en is blij dat hij zijn energie eens wat kwijt kan. Voor Frank is alles maar dan ook alles nieuw. Zijn paardje, zijn koets en zijn tuig. Ik heb besloten om hem te helpen en we trainen dus samen. Samen dat moet wel, mijn paard verdraagt het strenge Liverpoolbit niet en ik kan dus mijn examen met mijn paardje niet doen. Traditie, gelukkig geloofde de gebroeders Wrigt in dingen die nog niet bestonden en had Edison zo zijn eigen kijk op de dingen.
Frank moet dus alles leren, van optuigen tot met zijn paardje spreken. Hij is eerder een stille jonge en dat moet hij doorbreken. Hij is goed voor zijn paard, soms te bekommerd maar ja als het allemaal nieuw is moet je ook aan elkaar gaan wennen. Max is een werker, het is een stevig gespierde reun die er graag bij is. Hij stapt gemakkelijk op de paardentrailer en is niet vies van een snoepje.
Bij de eerste les ging er iets mis Max houdt zijn hoofd naar links terwijl hij trekt. Ik dacht ligt dit aan de leidsels of heeft hij pijn in zijn mond. Na dat we het hoekje om waren vroeg ik aan Frank of ik eens mocht overnemen. Ik liet de teugels los en het ging al stukken beter. Dan zette ik Max in draf en het ging nog beter. Om te sturen tikte ik lichtjes links of rechts aan de teugels. Veel moest het niet zijn. Soms met zijn hoofd scheef zelf terwijl hij vooruit liep kon ik gerust sturen. Eens aan de volgende hoek gekomen gaf ik de teugels terug aan Frank, zo zou zijn vrouw die aan de voordeur stond niet onmiddellijk gemerkt hebben dat ik de leidsels had overgenomen. Alles was goed verlopen. Het optuigen, het inspannen en zelf de rit toonde ons dat Max ongevoelig is voor auto’s. Alleen het scheef houden van zijn hoofd bleef een raadsel. Misschien beter de volgende keer, maar dat lees je nog wel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten